Ruim 3300 wetenschappers en professionals en meer dan 9000 studenten werken en studeren er; op de Universiteit Twente (UT), de enige echte campusuniversiteit van Nederland. Stafwoningen, studentenwoningen, sport- en cultuurvoorzieningen, winkels en alle faculteitsgebouwen liggen allemaal op één terrein van 156 hectare. Hoe secure je een ‘dorp’ van zo’n omvang?
Het was 1993 toen hij voor de eerste keer in aanraking kwam met beveiliging: Benno Kiers. Als dienstplichtig soldaat werd hij geplaatst bij de afdeling bewaking van de Luchtmacht. Kiers vond het prachtig werk en accepteerde na zijn diensttijd dan ook een baan bij de hondenbegeleiders van dezelfde dienst. “Het was een fantastische periode”, vertelt hij. “Samen met mijn maatje, de hond, ben ik de halve wereld overgevlogen.” In 2001 vond hij het reizen genoeg. Via de Nederlandse Aardoliemaatschappij en een regionaal beveiligingsbedrijf kwam Kiers in 2012 bij de UT terecht. Als hoofd Beveiliging heeft hij het prima naar zijn zin.
Universiteitsterrein
Het securen van een universiteitsterrein en mensen die er zich op bewegen, is een vak apart. Benno Kiers: “Eigenlijk wil je dat elk gebouw en elke ruimte er om heen beveiligd is. Dat de boel dicht is. Zie het als een soort gevangenis. Niemand mag naar binnen. Maar de UT is een onderwijsinstelling. We leren ook van anderen. Dus staat onze deur voor iedereen open. Dat maakt het moeilijk. Naast mensen die het goed bedoelen, komen ook andere types naar binnen. Zij die denken dat er iets te halen valt.“
Beveiliging
Toen Kiers werd aangesteld als hoofd Beveiliging lag er een hele uitdaging op hem te wachten. “De afdeling Beveiliging bestond net zolang als de universiteit zelf, vanaf 1964”, vervolgt hij. “Nadat in 1978 de beveiliging in eigen beheer kwam, is het beveiligen enigszins aan zijn lot over gelaten. Anno 2015 verwachten we echter veel meer van een beveiliger, dan erop toezien dat iedereen zich netjes gedraagt. Ik heb medewerkers die hier al ruim 40 jaar werken. Destijds gingen ze met een zaklamp en sleutelbos op pad. Nu moeten diezelfde medewerkers communicatief zijn, opletten preventief handelen, en werken met allerlei innovatieve beveiligingssystemen. In deze transitie zitten we nu.”
Preventie
Het woord noemden we al: preventie. Volgens Benno Kiers een van de belangrijkste onderdelen van beveiligen. “Niet alleen de beveiligingsmensen zelf, ook iedereen die hier werkt en studeert dient op het gedrag van anderen te letten. Hoe gedraagt die persoon zich? Is hij zenuwachtig? Is hij zoekende? Twijfel je aan zijn goede bedoeling, dan is mijn advies om die persoon aan te spreken. Dat is heel normaal. Elke bezoeker kan verdwalen. Naast het aanspreken van mensen op hun gedrag, adviseren we onze professionals en studenten goed op hun spullen te letten. Doe je kamer op slot, al ga je maar even naar het toilet. Voor je gevoel ben je een seconde weg, in werkelijkheid is het vaak een paar minuten. Voor je het weet, ben je je laptop kwijt. Maar let wel, in zo’n gestolen laptop kunnen relevante onderzoeken staan. Bijkomende schade wordt nog wel eens onderschat.”
Camera
Maar met preventie alleen kom je er niet op een universiteit. De UT maakt ook gebruik van camerasystemen. “Camera’s zijn nuttig om achteraf te zien, wat er gebeurd is. Je brengt er echter het aantal diefstallen niet mee terug. Per dag komen zo’n 14.000 bezoekers op ons terrein, die zich begeven in en rondom 80 gebouwen. Het is niet te doen om de camerabeelden continu te bewaken. Waar moet je op letten? Iedereen heeft een tas bij zich. Of draagt bij slecht weer een jas. Wie is verdacht?”, aldus Benno Kiers.
Toegangscontrole
Het mag duidelijk zijn, aanvullende beveiliging is nodig. Dan praten we al gauw over toegangscontrole. Kiers vervolgt: “Na kantoortijd gaan alle gebouwen dicht. Een medewerker of student kan dan alleen met autorisatie naar binnen. Aan te vragen via de vakgroep of leidinggevende bij de gebouwbeheerders. Zij beslissen hierover en wij coderen het en voeren de autorisatie in het systeem in. De autorisaties verschillen per persoon en functie. Een BHV’er mag overdag bijvoorbeeld in elke ruimte naar binnen. Wat nodig is bij een calamiteit. Echter, op een zondagavond heeft hij op het terrein niets te zoeken. Daar krijgt hij dan geen autorisatie voor.” Toch is ook deze vorm van toegangscontrole niet geheel sluitend. Kiers: “Stel je hebt autorisatie om zondagavond in een bepaalde ruimte te zijn. Iemand loopt met je mee. Echter, de persoon is zijn pas vergeten. Wat doe je dan? De meesten laten hem dan gewoon binnen.”
Techniek
Benno Kiers vervolgt: “Het beveiligen van een universiteitsterrein kun je niet alleen. Of je hebt een hele grote groep mensen nodig, of je gebruikt innovatieve techniek. Daarom dat wij een management informatie systeem hebben geïmplementeerd. Dit systeem integreert camera-observaties, inbraak-, brandbeveiligingsinstallaties, toegang- en klimaatinstallaties in één applicatie. Het is de ideale balans tussen fysiek en techniek. Bovendien zijn de mogelijkheden zo goed als onbeperkt. Stel, er vindt in een gebouw een inbraak plaats. Het systeem registreert dan niet alleen die inbraak, ook het dichtstbijzijnde camerabeeld wordt getoond. En het doet meer. Het kent ook een handler, die precies toont welke acties moeten worden ondernomen. Van – heel simpel –‘pak de sleutels’ en ‘rij naar het object’ tot aan ‘neem de aanvalsplannen voor de Brandweer mee’. De handler voorkomt fouten bij calamiteiten.”
PBNU
Het is niet simpel, het beveiligen van een universiteitsterrein, maar wél een uitdaging. In het Platform Beveiliging Nederlandse Universiteiten (PBNU) wisselen universiteiten in Nederland bevindingen en ideeën uit over de beveiliging van de immense terreinen. Een prima initiatief, volgens het hoofd Beveiliging. Maar laten we eerlijk zijn, het begint bij de beveiliger en security manager zelf. Hij moet hart voor de zaak hebben, voor de universiteit. Bij Benno Kiers zit dat wel goed.
Dit artikel is gepubliceerd in Security Management 05/ 2015.