Brandveiligheid blijft weerbarstige materie. De overheid beperkt zijn rol als regelgever en controleur en legt de verantwoordelijkheid bij burgers en bedrijven. Wat betekenen zulke ontwikkelingen? Ricardo Weewer, lector Brandweerkunde bij de Brandweeracademie, ontkracht brandgevaarlijke mythes.
Het is een rijksbrede trend, de terugtredende overheid, die meer verantwoordelijkheid en beslissingsruimte bij de samenleving legt. Als het over brandveiligheid gaat: bij gebouwbeheerders en gebruikers. Het realiseren van een passend brandveiligheidsniveau is primair hún verantwoordelijkheid. Maar dan moeten bedrijven die beleidsruimte wel gebruiken en dat gebeurt volgens brandweerlector Ricardo Weewer nog onvoldoende.
>> Lees ook 10 mythen over de zelfredzaamheid van mensen bij brand
>> Lees ook ‘Toezicht op nieuwe veiligheidsdiensten moet beter’
Mythe 1: Als het gebouw voldoet aan de eisen, is het brandveilig
“De overheid heeft in de regelgeving , met name het Bouwbesluit 2012, minimale wettelijke vereisten vastgelegd waaraan gebouwen moeten voldoen”, aldus Weewer. “Veel gebouwbeheerders denken dat, als zij aan die wettelijke eisen voldoen, ze automatisch een brandveilig gebouw hebben, maar dat is een hardnekkige mythe. Want een gebouw dat volledig compliant is aan Bouwbesluit 2012, kan nog steeds afbranden. Extra preventieve maatregelen voor snelle detectie, brandbeheersing en dus behoud van het gebouw en bedrijfscontinuïteit, zijn geen zaak voor de overheid, maar voor de ondernemer.”
Mythe 2: Investeren in extra brandveilige maatregelen is weggegooid geld
Weewer: “Verzekeraars dekken vaak wel de directe brandschade, maar niet altijd de economische gevolgschade van productieverlies en verlies van omzet. Niet voor niets gaat een groot deel van de door de brand getroffen bedrijven binnen twee jaar failliet.”
Mythe 3: Maar de brandweer komt toch om de boel tijdig te blussen?
Het beeld dat de brandweer bij bedrijfsbranden altijd naar binnen gaat om het vuur te temmen en het bedrijf te redden, moet volgens Weewer behoorlijk worden genuanceerd. Want dat kan niet altijd. Weewer: “Natuurlijk, de brandweer doet zijn best en zeker als er mensenlevens in het geding zijn, gaan zij tot het uiterste. Maar als het louter gaat om schadebeperking, neemt de brandweer geen risico’s. Branden veranderen van karakter, doordat steeds meer kunststoffen worden toegepast en gebouwen beter worden geïsoleerd. Als dan de preventieve voorzieningen onvoldoende zijn om branden beheersbaar te houden, bijvoorbeeld met een automatische blusinstallatie, dan is het voor de brandweer simpelweg te gevaarlijk om naar binnen te gaan.”
Tip: 2-daagse cursus Brandwerendheid & Brandoverslag
U leert in korte tijd veel over de theoretische en praktische kennis van de verschillende oplossingen voor WBDBO, de wet- en regelgevingen en computerprogramma’s voor brandoverslag. Zo bent u in staat bent om de WBDBO te waarborgen. Naast theoretische onderwerpen krijgt u ook nuttige praktijkvoorbeelden.
In de cursus komen onder meer de volgende onderwerpen aan de orde:
- Termen, begrippen en definities binnen het bouwbesluit
- Achtergrondinformatie over brand
- Wet- en regelgeving
- Bouwkundige brandpreventie
- Brandbeveiligingsinstallaties
- Ontvluchting
- Bouwplantoets
Certificaat
De cursus wordt afgesloten met een toets. Als u de toets met goed gevolg aflegt, ontvangt u een certificaat. Lees hier meer over het programma