Voor de gemiddelde politieagent lijkt het een gouden hulpmiddel: een bodycam. Want niemand zal het in zijn hoofd halen om een agent te bedreigen als hij wordt gefilmd door een camera op diens schouder. En als dat toch gebeurt, kunnen de beelden gebruikt worden in de rechtszaal. Maar biedt de bodycam inderdaad louter voordelen?
Het Amsterdamse Leidseplein, 2:00 uur zaterdagnacht. De stemming is feestelijk – feestelijk en ook een beetje agressief. Een agent neemt het zekere voor het onzekere en activeert de bodycam op zijn schouder.
Bij bodycams vind je de relevante beelden veel makkelijker terug
Is dat verstandig? Sorteert die camera inderdaad een positief effect? Onderzoeker Sander Flight heeft eerder dit jaar een groot literatuuronderzoek afgerond, met exact deze vraag. Zijn oordeel: “De bodycam is een veelbelovend apparaat, maar de voordelen worden niet vanzelf verzilverd.”
Sander Flight is zelfstandig onderzoeker en adviseur. Hij geeft al bijna twintig jaar advies aan overheid en bedrijfsleven over cameratoezicht (foto: robertlagendijk.nl).
Doel
Een van de zaken waar dit volgens hem van afhangt, is het doel. “Probeer je met zo’n bodycam een incident te voorkomen of wil je de beelden gebruiken achteraf, voor opsporing? Als je uit bent op preventie, moet je ervoor zorgen dat zo’n bodycam goed zichtbaar is, en moet de ander kunnen zien dat hij ook echt aan staat. En misschien is het nog beter als er iemand live meekijkt. Als daar twijfel over is, kan de geharde crimineel in de verleiding komen om je toch maar die klap te geven – en die bodycam na het incident in de sloot te gooien. Dat zijn dingen die je moet regelen voordat je zo’n bodycam ter beschikking stelt aan elke politieman.”
En dit doel – preventie – kan botsen met het andere: opsporing. “De politie is sterk gericht op boeven vangen dus beelden van bodycams moeten veel voor opsporing worden gebruikt. Maar nu komt het: als die bodycam veel gewelddelicten voorkomt, zal het aantal incidenten juist gaan dalen. Daarmee heb je doel 1 – preventie – bereikt. Maar doel 2 – meer opsporing – bereik je juist niet. Dat lijkt mij een groot succes van de bodycam, maar niet elke politie-ambtenaar zal het daarmee eens zijn. Daar moet je het vooraf dus over eens zien te worden.”
Voor- en nadelen
Terug naar de agent op het Leidseplein. Want of de bodycam nu wordt gebruikt voor preventie, rechtstreeks meekijken of opsporing achteraf, de uitkomst lijkt hoe dan ook positief. Maar Flight ziet naast de voordelen ook nadelen, zowel voor de filmer als de gefilmde. Je zou die tegenover elkaar kunnen zetten in een matrix met vier velden:
1. Voordelen voor de filmer
Voor de politie biedt de bodycam een groot voordeel: hij wordt voortdurend bediend door de drager. “Vergelijk dat eens met een gewone bewakingscamera”, zegt Flight. “Hoe vaak gebeurt het niet dat er een auto is gestolen ergens tussen vrijdagavond en maandagochtend? Dan moet de politie ruim 48 uur camerabeelden doorzoeken, soms van meerdere camera’s. Bij bodycams vind je de relevante beelden veel makkelijker terug. Daar heb je dus veel meer aan.”
Zet een camera aan en mensen gaan zich netjes gedragen – althans dat is het idee
2. De nadelen voor de filmer
Zet een camera aan en mensen gaan zich netjes gedragen – althans dat is het idee. Flight ziet ook voorbeelden van het tegenovergestelde. “Stel dat jij een vriend heb die langzaam radicaliseert. En je wilt een agent daarover een anonieme tip geven. Doe je dat ook nog als je weet dat alles wat je zegt wordt opgenomen met een bodycam?”
3. De voordelen voor de gefilmde
“Bodycams kunnen bescherming bieden aan de burger”, zegt Flight. “Als een agent buitensporig geweld gebruikt, kan het slachtoffer zich naderhand op de beelden beroepen. Bovendien kan zo’n draaiende bodycam ervoor zorgen dat de betreffende agent zich inhoudt. Voorwaarde hierbij is dan natuurlijk wel dat de bodycam aan staat.” (zie later)
4. Nadelen voor de gefilmde
Volgens Flight kent de bodycam mogelijk ook nadelen voor gefilmden, vooral op het terrein van de privacy. “In Amerika werd een jonge vrouw verhoord die verdacht werd van prostitutie. En een bodycam registreerde alles: haar naam, leeftijd, woonplaats, en wat ze precies had gedaan. Later werden de beelden op internet gepubliceerd omdat de politie daartoe werd verplicht door de rechter. Niemand kon daar wat tegen doen – ook de politie niet. In Nederland zal dat niet gebeuren, maar dat wil niet zeggen dat dit soort data hier altijd veilig zijn. Beelden worden gekopieerd, doorgestuurd, gedeeld. Hoe meer van dit soort connecties, hoe groter de kans op lekkage.”
Voor de politie biedt de bodycam een groot voordeel: hij wordt voortdurend bediend door de drager.
Veel haken en ogen dus en daarom start de politie dit jaar met experimenten in het hele land. Hoe die precies vorm gaan krijgen, is nog niet bekend. Flight is in elk geval al gevraagd de politie te helpen bij de evaluatie, want goede evaluaties zijn zeldzaam. “Allereerst moet je zorgen dat alles bijdraagt aan het bereiken van het gekozen doel. Maar net zo belangrijk is de keuze van de deelnemers. Een pilot wordt vaak alleen georganiseerd met agenten die enthousiast zijn over de bodycam. Maar als het experiment dan een succes wordt, kun je die resultaten niet extrapoleren naar het hele korps. Want daar zitten ook mensen die minder van dit soort gadgets houden. Die groep moet de politie dus in de pilots meenemen.”
Constant
Nog een belangrijke keuze: moet de camera alleen worden aangezet bij een incident, of bij elk contact met burgers? Flight hoopt met de politie een paar opties uit te kunnen testen: “Een constant lopende camera is niet haalbaar. Je zit met allerlei beperkende factoren als batterijduur en opslagruimte. Bovendien is voortdurend opnemen onwenselijk. Stel dat een agent net betrokken is geweest bij een aanrijding en de collega’s van de ambulance waren veel te laat ter plaatse. Dan moet hij op weg naar de volgende melding even stoom af kunnen blazen – zonder dat hij wordt opgenomen. Als hij die kans niet krijgt, blijft de stress in zijn lichaam. En dan heb je kans dat hij helemaal uit zijn dak gaat als hij meteen daarna moet praten met een spijbelend jongetje. Het is logisch dat de camera soms uit mag en soms zelfs uit moet. Maar welke momenten dat zijn, is nog niet bekend. Dat moet de politie heel goed uitzoeken.”
Peter Passenier is freelance journalist
>> Dit artikel verscheen in Security management nummer 4