Met Newsecure biedt Dick Bouwhuis bedrijven een complete security-oplossing om drones te gebruiken, maar ook om zich tegen een aanval van drones te beveiligen die letsel of schade toebrengen. Hierbij vereist elke aanvraag een unieke aanpak. “Concepten liggen dus niet kant-en-klaar voor een klant op de plank, maar deze ontwikkelen we stuk voor stuk afhankelijk van de situatie op een innovatieve wijze”, aldus Bouwhuis.
TEKST Menno Jelgersma
Onlangs sloot Dick Bouwhuis een carrière van maar liefst veertig jaar bij de luchtmacht af. Tot 2018 in uniform en daarna nog een aantal jaren in burgerkleding als adviseur. Afgelopen zomer legde hij ook deze functie neer. In de laatste zeven jaar was Bouwhuis actief met drones, onbemande radiografisch bestuurbare ‘vliegtuigen’ en dan met name op het gebied van security om drones die de intentie hebben om letsel toe te brengen of schade te veroorzaken, tegen te gaan. In zijn vrije tijd vliegt Bouwhuis zelf ook met drones. “Ik heb er een paar liggen waarmee ik kan vliegen om er bijvoorbeeld op vakantie leuke foto’s of films mee te maken, of om aan klanten te laten zien wat je ermee kunt doen.”
Je hoeft niet zelf dronepiloot te zijn om aan de security bij te dragen
Maar hij legt uit dat je niet zelf per se dronepiloot hoeft te zijn om aan de security bij te dragen. “Het inzetten van drones is maar een klein onderdeel van het hele spectrum. Ik kijk naar de conceptuele kant. Zeker als je met security van doen hebt, komen zaken om de hoek kijken als wet- en regelgeving.”

Dick Bouwhuis: “Soms is het helemaal niet handig om drones in te zetten.”
Drones niet voor alle securitydoeleinden inzetbaar
Op de website www.newsecure.nl schrijft Bouwhuis dat hij innovatieve securityconcepten ontwerpt. “Dat houdt dus in dat de concepten niet kant-en-klaar voor een klant op de plank liggen, maar dat deze stuk voor stuk afhankelijk van de situatie op een innovatieve wijze moeten worden ontwikkeld.” Dat betekent dus ook dat de eigen inzet van drones niet per definitie nodig is. “Sommige mensen hebben het idee dat drones de ultieme oplossing zijn en ze zijn daar bij voorbaat al heel enthousiast over, maar het is niet zo dat ze voor alle securitydoeleinden inzetbaar zijn.”
Holistische aanpak
Bouwhuis wijst geregeld op het belang van een holistische aanpak en benadrukt dat hij daarmee een brede en complete aanpak bedoelt. “Vanuit mijn werk bij defensie hanteerden wij de term holistic approach om je niet op onderdelen te richten maar op het geheel.” Als voorbeeld geeft hij aan hoe defensie met bermbommen in Afghanistan omging. “Een bermbom is een losstaand ding, maar om het totale probleem van bermbommen aan te pakken moet je links en rechts van de ‘boem’ kijken, zoals wij dat noemden. Met een focus op wat eraan voorafging. Hoe komt die berm- bom daar? Hoe verliep de financiering? Waar komen de onderdelen vandaan, et cetera?” “En wat kun je erna doen met die verkregen informatie? Zo kan er forensisch onderzoek worden gedaan, er worden netwerken in kaart gebracht en we kunnen anticiperen op nieuwe ontwikkelingen.”
Focus jezelf op het complete probleem
Deze zelfde brede aanpak, waarmee Bouwhuis zich onderscheidt van andere securitybedrijven, past hij ook toe bij het maken van een innovatief securityconcept. Niet focussen op het ‘ding’ of delen van het probleem, zoals hij zelf zegt. “Alleen detectie met een radarsysteem of het alleen uit de lucht halen van een drone, is niet voldoende om een volgende aanval te voorkomen.” Bouwhuis ziet het wel als een probleem dat er landelijk nog geen plan van aanpak is hoe om te gaan met de bedreigingen door drones. “Er is regelgeving voorhanden hoe je met drones moet vliegen, net zoals die er voor het wegverkeer is. Je mag niet door rood rijden, dus daar word je voor beboet.
Een drone uit de lucht schieten is geen optie
Zo mag je ook niet in gebieden vliegen waar het niet is toegestaan. Maar er zijn nog nauwelijks mogelijkheden om het vliegverkeer met drones te handhaven.” Wat moet je dan doen wanneer een ‘vreemde’ drone waarvan de herkomst en intenties niet duidelijk zijn, jouw ruimte betreedt? Uit de lucht schieten is geen optie. “Dat is alleen voorbehouden aan handhavers in dienst van de overheid. Je moet dus op zoek gaan naar en verzamelen van data die uiteindelijk kunnen leiden naar de verantwoordelijken. Je moet precies weten waar, wanneer en in welke ruimte de overtredingen plaatsvinden.”

Er zijn nog nauwelijks mogelijkheden om te handhaven in gebieden waar drones niet zijn toegestaan.
Informatie verzamelen is dus cruciaal, maar dat geldt volgens Bouwhuis natuurlijk ook voor ‘gewone’ beveiliging inclusief het inschakelen van bijvoorbeeld politie. “Wanneer een beveiliger tijdens zijn of haar ronde een verdachte situatie ziet, maakt die er ook melding van bij een meldkamer of de politie.” Met behulp van een eigen drone zouden daar dan ook live-beelden van te delen zijn. Een eigenaar van een terrein kan niet eisen dat er niet met drones boven zijn bedrijf gevlogen mag worden.
Dat komt volgens Bouwhuis omdat het luchtruim een eigen status heeft die beheerd wordt door defensie en het ministerie van Infrastructuur & Milieu. “Drones mogen tot 120 meter hoog vliegen. Op dit moment is er de ontwikkeling om deze ruimte of U-space zodanig in te richten dat providers diensten kunnen aanbieden voor onbemande drones.”
Een andere ontwikkeling is volgens Bouwhuis dat gemeenten hierop invloed willen uitoefenen. Zo maakt Enschede zich volgens Bouwhuis sterk om zeggenschap te krijgen in deze zogeheten U-space, of de ontwikkeling van Urban Air Mobility (UAM) als onderdeel daarvan, om op eenzelfde wijze verantwoordelijkheid te nemen voor de indeling van het luchtruim als voor het plaatselijke wegennet.
Inzet van roofvogels om drones uit de lucht te halen
Bouwhuis is als adviseur met zijn bedrijf betrokken bij onder meer COBBS Benelux, bij het havenbedrijf Moerdijk en Guard from Above, een bedrijf dat roofvogels inzette om drones uit de lucht te halen. “Dat werkt op zich wel, maar net als bij waakhonden kost het heel veel tijd om die dieren dat te leren. Het is bijna een dagtaak om een roofvogel op dat niveau te krijgen en te houden.”
Inbrekers weten vaak goed waar vaste camera’s staan opgesteld
In het kader van een studie die Bouwhuis op dit moment doet, onderzoekt hij een incident dat afgelopen zomer plaatsvond in Eemnes. “Dat betrof een inbraak waarbij de toegangsweg was geblokkeerd waardoor de politie er niet bij kon komen. Daardoor kon de dader niet aangehouden worden omdat informatie over de inbrekers ontbrak. Uit onderzoek blijkt nu dat de inzet van drones wel voldoende informatie zou hebben opgeleverd. Bovendien had met de inzet van een drone de vluchtroute kunnen worden achterhaald wat nu niet kon.”
Vaste camera’s laten vaak net niet zien wat essentieel is om een inbraak op te lossen, niet in de laatste plaats omdat inbrekers vaak goed weten waar deze vaste camera’s staan opgesteld.
Drones goed inzetbaar bij beveiliging rangeerterreinen
Een ander voorbeeld dat Bouwhuis aanhaalt, is de beveiliging van rangeerterreinen. “We zijn betrokken bij een project waarbij de eigenaar van een rangeerterrein heel snel ter plaatse wil zijn wanneer mensen graffiti op treinen willen spuiten. Dergelijke terreinen zijn zeer omvangrijk wat het achterhalen van onbevoegden bijzonder lastig maakt. Bovendien zijn er ook altijd zogenaamde ‘warme’ sporen op rangeerterreinen waar treinen met grote snelheid overheen rijden. Dat maakt het achterhalen van mensen gevaarlijk en dan biedt een ‘plaatje van boven’ de mogelijkheid om veilig op te treden.”
Daarbij zijn er ook locaties waar het helemaal niet handig is om drones in te zetten zoals bij bepaalde kantoorgebouwen. “Dan kan je beter andere vormen van beveiliging inzetten die beter op de locatie zijn afgestemd”, besluit Bouwhuis.
Lees ook:
- “Drones worden steeds slimmer en autonomer”
- Drones: nuttig of gevaarlijk?
- Inzet van drones voor nog veiliger haven- en industrieterrein Moerdijk
Volg Security Management op LinkedIn