Slimme camera’s die kunnen zien wanneer het bijna donker is, en ook nog eens maatregelen nemen als ze nat zijn. De techniek achter het cameratoezicht schrijdt voort, maar let op: die techniek is niet het enige dat telt. Want hoe zit het met de uitgangspunten en de randvoorwaarden?
Als Edwin Roobol bij een klant zit, is zijn eerste taak vaak het temperen van de verwachtingen. “Mensen kijken naar Hollywoodfilms, naar series als CSI. Daar zien ze camerasystemen die werkelijk alles kunnen: je kunt tot 60 keer inzoomen en het beeld onbeperkt vergroten. Dan moet ik uitleggen dat dit fictie is. Nog niet alles is technisch mogelijk, zeker niet voor een aanvaardbare prijs.”
Techniek is niet het enige dat telt
Maar toch… als regionaal directeur Midden Europa bij Axis Communications was Roobol de afgelopen jaren getuige van een enorme technologische sprong voorwaarts. “Ook ’s nachts kunnen slimme camera’s nu veel details laten zien, zelfs in kleur. Bovendien zijn ze in staat om gezichten te detecteren, en – heel belangrijk – die analyse geschiedt in de camera zelf. Vroeger moesten alle beelden eerst worden getransporteerd naar een server, nu is die rekenkracht ingebouwd. Daardoor verloopt alles veel sneller.”
Camera’s ontwikkelden zich van reactief naar proactief
Sterker nog, camera’s hebben een ontwikkeling doorgemaakt van reactief, naar proactief, naar voorspellend.
• Reactief
Dit systeem zie je vaak in winkels. “Daar hangt een camera die alles opneemt”, zegt Roobol. “Dus als er wat gebeurt, kun je achteraf de beelden bekijken. Maar er is niemand die ‘live’ meekijkt. En dus ook niemand die tijdens een incident kan ingrijpen.”
• Proactief
“Dit zie je bijvoorbeeld vaak op vliegvelden”, zegt Roobol. “Stel, de douane of de afdeling security is getuige van verdacht gedrag. Bijvoorbeeld iemand die een rugzak achterlaat of ergens naar binnen gaat waar hij niet hoort. Dan geeft het systeem meteen een signaal aan de meldkamer. Daar kunnen ze er direct iemand mobiliseren die het probleem oplost.”
• Voorspellend
Dit is de hoogste trede, het summum van techniek. Het systeem geeft bijvoorbeeld al een melding voordat ongewenst gedrag gaat plaatsvinden. “De slimme camera’s herkennen bepaalde bewegingen”, aldus Roobol. “Bijvoorbeeld van mensen die zien dat er ergens een groepje agressief wordt, en de andere kant op vluchten. Bovendien kunnen camera’s tegenwoordig uitgerust worden met een software-applicatie die, in combinatie met een microfoon, agressie kan herkennen. Op het moment dat mensen op het punt staan om te gaan vechten, verandert er iets in hun stembanden, en zo’n systeem pikt dat op.”
Slimme camera’s werken aanvullend op onze zintuigen
Systemen mogen dan intelligent zijn, ze kunnen de mensen nog niet voor 100 procent vervangen. Volgens Roobol moet je ze eerder zien als een aanvulling op onze zintuigen. “De security van een groot festival kan niet al die tienduizenden mensen in de gaten houden, dus die zal onvermijdelijk zaken missen. Maar als je gebruik kunt maken van een intelligente camera, krijg je bij iedere verdachte situatie een melding. En kan de medewerker bepalen of hij actie moet ondernemen. De camera helpt alleen bij die besluitvorming.”
Maar in simpeler gevallen heeft zo’n systeem de mens niet meer nodig. Bijvoorbeeld als een camera is uitgerust met een automatische incidentdetectie. Roobol: “Dat zie je als er een auto klem zit op de trambaan. Dan zorgt het systeem ervoor dat die tram wordt tegengehouden en ook zet het de stoplichten op rood voor eventuele tegenliggers. En o ja, het systeem detecteert ook problemen met zichzelf. Als er één camera een slecht beeld geeft, gaat die informatie meteen naar de meldkamer.”
Je hebt niet alleen een camera nodig, maar ook goede belichting
Goed cameratoezicht gaat niet om slimme technische snufjes
Heel knap allemaal. Maar Roobol benadrukt: bij goed cameratoezicht gaat het niet alleen om de slimme technische snufjes. Het gaat om het hele systeem, en het invullen van de randvoorwaarden. “Een banaal voorbeeld: ook met de mooiste 4K-systemen zie je nog steeds niets als het volkomen donker is. Je hebt dus niet alleen een camera nodig, maar ook een systeem dat zorgt voor voldoende belichting.”
Bovendien moet de gebruiker zich volgens Roobol vragen stellen op fundamenteler niveau. “Je kunt wel een paar van die 4K-camera’s hebben hangen, maar wat ga je er uiteindelijk mee doen? Heb je bijvoorbeeld een meldkamer om mee te kijken? Zorg je ervoor dat die beelden daar zonder vertraging aankomen? En als dat lukt, zijn ze daar dan in staat om al die data te interpreteren? En om helemaal terug te gaan naar het begin: wat is eigenlijk je doel? Wil je dat eventuele criminelen worden afgeschrikt? Of gebruik je je systeem vooral om die criminelen na een eventueel incident op te sporen?”
Mensen voelen zich veilig met cameratoezicht
Natuurlijk moet er nog een andere prangende vraag worden gesteld: hoe zit het met privacy? Volgens Roobol is dat inderdaad een heel belangrijke. “Technisch zal er over een aantal jaren ongetwijfeld nog veel meer mogelijk zijn. Maar de voornaamste vraag blijft: zullen we dat met z’n allen accepteren? Natuurlijk, er zijn landen in de wereld waar de overheid laat ik het zeggen… minder bij privacy betrokken is. Maar in Nederland ligt dat toch anders.”
Maar volgens Roobol is er ook een andere kant. “Wij hebben zelf onderzoek verricht naar privacy en cameratoezicht. En daaruit blijkt dat de camera’s bij mensen wel degelijk een positief effect sorteren: ze geven mensen een veilig gevoel. Bovendien, als je je echt zorgen maakt over privacy, kijk dan eens naar Google en Facebook. Die weten veel meer van ons dan welke meldkamer dan ook.”
> Lees ook de gratis whitepaper Cameratoezicht – De impact van deep learning. Hierin leest u nog meer over cameratoezicht en wat de snelle ontwikkeling van deep learning betekent voor slim cameratoezicht.