Diefstal, brand, georganiseerde criminaliteit. De veiligheid op bouwplaatsen staat onder druk. Wat is er aan de hand en aan welke oplossingen wordt gewerkt?
Leestijd: 3 minuten
De diefstal van steigermateriaal zou jaarlijks 10 tot 15 miljoen euro schade veroorzaken. En op en rond bouwplaatsen spelen ook risico’s zoals heling, vandalisme, vernieling en brand. Het goede nieuws: er worden steeds meer initiatieven genomen om de veiligheid op bouwlocaties te vergroten.
Veiligheid op bouwplaatsen
Al in 2010 publiceerden Bouwend Nederland en het Verbond van Verzekeraars een handreiking om bouwondernemers bewust te maken van criminaliteitspreventie. En sinds 2011 beschikt Kiwa over een beoordelingsrichtlijn voor bouwplaatsbeveiliging. In mei 2015 startte bovendien het project Preventie Diefstal Steigermateriaal. Daarin werken de Vereniging van Steiger-, hoogwerk- en betonbekistingbedrijven (VSB) en Hoffmann Bedrijfsrecherche samen om een halt toe te roepen aan de diefstal van steigers bij bouwprojecten.
>> Lees ook Project steigerdiefstal start succesvol
>> Lees ook Koperdiefstal harder aangepakt
In navolging van de VSB heeft ook Bouwend Nederland zich aangesloten bij het initiatief om diefstal van steigermateriaal aan te pakken, vertelt Jeffrey Hoffmann, materieeldirecteur van Ballast Nedam en lid van de Kontactgroep Materieel van Bouwend Nederland. “Een onderdeel van het project is dat we starten met een website waarop diefstallen kunnen worden gemeld. Daarmee verzamelen we inzichten over dadergroepen en helingpraktijken.” Er zijn inmiddels 25 Nederlandse steiger- en bouwbedrijven betrokken bij het onderzoek, dat Hoffmann Bedrijfsrecherche de komende twee jaar uitvoert. “Hopelijk blijft het aantal deelnemers nog groeien, ook in andere branches waarin steigermateriaal wordt toegepast, zodat we echt een vuist kunnen maken. Als bedrijf alleen ga je hier gewoon niet uitkomen.”
De eerste signalen, die overeenkomen met de bevindingen van het project Preventie Diefstal Steigermateriaal van de VSB, suggereren dat er sprake is van georganiseerde dadergroepen die bij verschillende bedrijven worden ingeleend. De daders zijn met name actief in de Randstad en zijn betrokken bij diverse vormen van criminaliteit – van drugshandel tot koperdiefstal.
Als bedrijf alleen ga je hier niet uitkomen
Van koper naar steigers
“Het lijkt erop dat de georganiseerde misdaad steigermaterieel als een makkelijke buit ziet”, zegt Hoffmann. “Diefstal van materiaal van bouwplaatsen gebeurt bij wijze van spreken waar we bij staan. We hebben natuurlijk een toegangscontrolesysteem op bouwplaatsen. Maar niemand heeft goed zicht op wat er aan auto’s in en uit gaat. Terwijl criminele bendes gerust busjes gebruiken die met valse identiteitsbewijzen zijn gehuurd.”
Bovendien is er een grote afzetmarkt voor bouwmaterialen. “Veel gestolen goederen verdwijnen bij recyclingbedrijven en er zijn ook allerlei vage handelaren in Nederland en België die via Marktplaats doorverkopen.” Ook de handel via schrootbedrijven brengt risico’s mee, aldus Hoffmann. “Het zou goed zijn als steigers, net als koper, als verdacht materieel worden aangemerkt, zodat schrootbedrijven bijvoorbeeld een melding doen voordat de producten worden verwerkt.”
Tussen 2011 en 2014 hebben publieke en private partijen onder de noemer Actie Koperslag intensief samengewerkt om koperdiefstal tegen te gaan. Daarnaast is een wettelijke identificatieplicht ingevoerd voor de contante inkoop van koper. Bouwbedrijven vermoeden nu dat de criminaliteit zich heeft verplaatst naar diefstal van steigermateriaal.
Actiemodus
De schade van diefstal vanuit bouwplaatsen kan oplopen tot tientallen miljoenen, vreest Hoffmann. “Voor elk afzonderlijk bedrijf is de schade misschien niet zo groot, maar alles bij elkaar opgeteld kan de kostenpost vele malen groter zijn dan nu blijkt uit het onderzoek van de VSB.”
De afwezigheid van een landelijke inventarisatie van de aard en omvang van de problematiek zou kunnen verklaren waarom diefstal van steigermateriaal niet hoog op de agenda staat bij politie en justitie. Hoffmann: “De politie geeft geen prioriteit aan het thema, en er wordt niets gedaan met aangiften. Door het onderzoek dat we de komende twee jaar uitvoeren willen we precies in beeld krijgen wat er aan de hand is. Zodat politie, Openbaar Ministerie en verzekeraars in de actiemodus komen.”
Brandrisico’s tijdens het bouwproces
Ook voor brandveiligheid op bouwplaatsen is weinig aandacht, zegt Leo Oosterveen van Brandveilig Bouwen Nederland (BBN). Opmerkelijk, omdat de impact van een brand enorm kan zijn. Oosterveen noemt het voorbeeld van de brand bij de CCTV-toren in Peking. Het hotel naast het hoofdkwartier van de Chinese staatsomroep werd volledig verwoest na een vuurwerkshow op het dak. “Beide panden waren in aanbouw en de vloer-wandaansluitingen waren nog niet aangebracht. Dan is er dus een ruimte tussen wand en vloer, wat neerkomt op een dertig verdiepingen hoge schoorsteen langs de hele gevel van het gebouw. Dan brandt het pand heel snel af.” De brand kostte het leven aan een brandweerman. De financiële schade bedroeg meer dan honderd miljoen euro.
Bij hoogbouw zijn brandrisico’s tijdens het bouwproces het meest in het oog springend. Maar ook bij de bouw van rijtjeshuizen zijn de risico’s niet te onderschatten, waarschuwt Oosterveen. “De compartimenten tussen de woningen zijn vaak nog niet afgemaakt tijdens de bouw. Zo kan een heel rijtje huizen in korte tijd afbranden.”
In het algemeen heeft het verhoogde brandrisico op bouwlocaties te maken met de afwezigheid van brandwerende voorzieningen. “In de bouwfase zijn nog niet alle voorzieningen, zoals brandwerende deuren of gecompartimenteerde ruimten, aangebracht. Tegelijkertijd gebeuren er allerlei dingen op bouwplaatsen die vonken kunnen veroorzaken, zoals bij metaalbewerking.”
Ontwerp, planning, bouw
BBN benadrukt dat het goed mogelijk is om brandrisico’s op bouwplaatsen te verminderen. “Er wordt vaak geroepen dat brandveiligheid complex is, maar met een beetje gezond verstand kunnen de grootste brandrisico’s echt wel fors worden verminderd.” Idealiter wordt al bij het ontwerp vooruit gedacht aan de verschillende bouwfases, zodat inzicht ontstaat in de grootste risico’s. Vervolgens kan in de bouwplanning worden meegenomen dat brandwerende voorzieningen in een vroeg stadium worden afgewerkt. Oosterveen: “Er is veel laaghangend fruit dat kan worden geplukt tijdens ontwerp, planning en bouw. Zo is het belangrijk om vroegtijdig compartimentering door te voeren en brandwerende deuren te plaatsen. En om altijd op te letten dat een installateur niet in brandwerende wanden gaat boren.” Ook het stramien van de Verbeterde Risicoklassenindeling (VRKI) van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV) kan helpen om bij het ontwerp en de planning van een bouwproject het brandrisico te inventariseren. Niet alleen om ongelukken te voorkomen, maar ook om de gevolgen van brandstichting te verminderen.
Elk risico kost geld, verzekeraars snappen dat als geen ander
Recent publiceerde BBN een nieuwe editie van de handreiking ‘Essentieel bouwkundige controlepunten’ die in 2005 voor het eerst werd gelanceerd. De publicatie zet voor verschillende thema’s – waaronder gevels, glas, voetgangersdeuren en impregneermiddelen – op een rij welke brandrisico’s kunnen ontstaan en wat eraan te doen is. “Een risicoanalyse op papier leidt niet vanzelf tot een verminderd risico. Daarom biedt BBN handvatten voor concrete maatregelen. Als een gebouw volgens de ‘Essentieel bouwkundige controlepunten’ wordt ontworpen, gebouwd en gebruikt dan kan het brandrisico flink verminderen.”
Bewustwording
Net als Bouwend Nederland neemt ook BBN extra stappen om bewustwording van veiligheidsrisico’s op en rond bouwplaatsen te vergroten. Eerder dit jaar overhandigde BBN een gedragscode aan het Verbond van Verzekeraars. Het doel: kennis over brandrisico’s verspreiden onder gebouweigenaren, die nu eenmaal verantwoordelijk zijn voor de veiligheid. “Elk risico kost geld, verzekeraars snappen dat als geen ander. We bieden als BBN volop kansen om brandrisico’s te verminderen – de gekste dingen kan je er wel uithalen. ”
Dit artikel verscheen in Security Management 12/ 2015