Een man zonder strafblad, maar wel verdacht van strafbare feiten, heeft een verklaring omtrent gedrag nodig. Deze wordt geweigerd. Terecht?
Een man wil als medewerker pakketservice bij POST NL aan de slag en vraagt een verklaring omtrent gedrag (VOG) aan. Dit verzoek wordt afgewezen, omdat hij wordt verdacht van handel in en bezit van hard drugs. Bezwaar wordt afgewezen, maar de rechtbank acht de afwijzing onterecht. Volgens de rechtbank kan pas een VOG worden geweigerd na veroordeling voor een strafbaar feit, omdat dan pas vaststaat dat de persoon daadwerkelijk een strafbaar feit heeft gepleegd. Maar daarvan was in dit geval geen sprake, omdat de man nog nooit voor het plegen van een strafbaar feit is veroordeeld. Het enkele feit dat de man is gedagvaard, is daarvoor onvoldoende. De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie tekent beroep aan.
Strafbare feiten
De staatssecretaris heeft geweigerd een VOG af te geven, omdat de man in het Justitieel Documentatiesysteem staat geregistreerd wegens opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. Die zaak moet nog voor de strafrechter komen. Als dergelijke drugsmisdrijven worden herhaald in de functie waarvoor een VOG is aangevraagd, bestaat er een risico voor de samenleving, omdat mogelijk het distributienetwerk van de werkgever kan worden gebruikt voor het plegen van drugsdelicten.
De afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State stelt dat volgens artikel 35, eerste lid, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens een VOG geweigerd dient te worden indien in de justitiële documentatie over de aanvrager een strafbaar feit is vermeld dat bij herhaling in de weg zal staan aan het doel waarvoor de VOG wordt gevraagd.
Met het begrip ‘strafbare feiten' in dit artikel wordt niet alleen gedoeld op strafbare feiten waarvoor al een rechterlijke veroordeling is uitgesproken, maar ook op strafbare feiten waarvan een beslissing tot dagvaarding of seponering of een andere beslissing van het openbaar ministerie is genomen.
De afdeling heeft al eerder uitgesproken dat de enkele verdenking van een strafbaar feit voldoende is om daarop een weigering te baseren. De rechtbank is ten onrechte tot een ander oordeel gekomen. Het beroep van de staatssecretaris slaagt. Afgifte van de VOG is terecht geweigerd.
Aantekening
De weigering tot afgifte van een VOG is ook mogelijk als blijkt dat de persoon in kwestie op grond van de justitiële gegevens verdacht wordt van een strafbaar feit.
Raad van State, afd. Bestuursrechtspraak, 29 januari 2014, ECLI:NL:RVS:2014:205
Mr. ing. R.O.B. Poort is jurist en veiligheidsdeskundige www.bureaupoort.nl