Zelf energie opwekken met zonnepanelen wordt steeds normaler. Dat is een goede zaak, het leidt er ook toe dat er doe-het-zelf-pakketten op de markt verschijnen met meestal twee zonnepanelen, één omvormer en montagemateriaal om de zonnepanelen te plaatsen. Bij deze pakketten is het de bedoeling dat de omvormer wordt aangesloten op een regulier stopcontact. De omvormer is dan ook voorzien van een normale stekker.
Aan deze doe-het-zelf- oplossingen met zonnepanelen kleven een aantal risico’s. Verkeerde plaatsing of aansluiting kan tot gevaarlijke situaties leiden. De zonnepanelen kunnen wegwaaien of door het dak zakken, verkeerd aansluiten kan brand veroorzaken. Jammer genoeg besteden de partijen die deze pakketten op de markt brengen hier vaak weinig aandacht aan.
De Nederlandse normcommissie Zonne-energiesystemen (NEC 82),en de normcommissie Elektrische Laagspanningsinstallaties (NEC 64) vinden het belangrijk dat consumenten zich bewust zijn van de mogelijke risico’s zodat ze een afgewogen keuze kunnen maken indien ze overwegen een dergelijk doe-het-zelf-zonnepanelenpakket aan te schaffen en te plaatsen. Daarom zetten ze onderstaand belangrijke aspecten op een rijtje om op te letten bij aanschaf en plaatsing van zonnepanelen. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) vindt dit ook belangrijk, maar gaat alleen over de veiligheid van de zonnepanelen in de handelsfase.
> LEES OOK: Extra aandacht voor veiligheid zonnepanelen
Wind en draagkracht
Om te voorkomen dat de zonnepanelen wegwaaien moet het systeem worden verzwaard. Bij de meeste pakketten moet de gebruiker er zelf voor zorgen dat het montagemateriaal wordt verzwaard met bijvoorbeeld stoeptegels. Bij andere systemen worden de zonnepanelen geplaatst op kunststof bakken die met water moeten worden gevuld.
Hoeveel gewicht hiervoor nodig is hangt van verschillende factoren af: Op welke hoogte wordt de set geplaatst, op wat voor soort dakbedekking en waar in Nederland wordt de set geplaatst? Op een hoog dak is de windsnelheid groter dan op een laag dak en aan de kust waait het nu eenmaal harder dan in het binnenland. In de handleiding van de pakketten wordt alleen aangegeven dat er een aantal tegels moeten worden geplaatst of een bepaalde hoeveelheid water moet worden toegevoegd. Of dit voldoende is voor de specifieke situatie waarin de zonnepanelen worden geplaatst is niet duidelijk. Om dit te bepalen zou een berekening volgens de Nederlandse norm NEN 7250 moeten worden gedaan. Wanneer de set niet voldoende wordt verzwaard kan ze gaan schuiven of helemaal wegwaaien, dat veroorzaakt niet alleen schade, het kan tot levensgevaarlijke situaties leiden.
Bij de bakken die met water moeten worden gevuld is er een reëel risico dat het water in de loop van de tijd door verdamping of lekkage (denk bijvoorbeeld aan stukvriezen van de bakken) verdwijnt waardoor de set alsnog te licht wordt.
Veel gewicht toevoegen om er zeker van te zijn dat de zonnepanelen niet wegwaaien is ook geen goed idee. Als het systeem te zwaar wordt zou het door het dak kunnen zakken. Zeker van een uitbouw of dakkapel is de draagkracht beperkt. Zelfs als het dak de set in eerste instantie kan dragen zou bijvoorbeeld sneeuw of zware regenval ervoor kunnen zorgen dat het alsnog instort door het gecombineerde gewicht van de zonnepanelenset en het water of de sneeuw.
> LEES OOK: Blussen van branden bemoeilijkt door zonnepanelen
Elektrische veiligheid
Voor elektrische installaties voor laagspanning zoals een huishoudelijke installatie is in Nederland de norm NEN 1010 van toepassing. In deze norm staat beschreven aan welke voorwaarden een elektrische laagspanningsinstallatie moet voldoen. In het Bouwbesluit wordt deze norm aangewezen. Hierdoor heeft ze een wettelijk kader en is het in Nederland verplicht om aan de eisen uit deze norm te voldoen. Op dit moment is nog versie NEN 1010:2015 + C2:2016 van toepassing. Naar verwachting zal de versie de gecorrigeerde versie NEN1010:2020 + C2:2024 binnenkort worden aangewezen. Onderstaande opmerkingen zijn van toepassing op beide versies.
In rubriek 551.7 van NEN 1010 wordt aangegeven dat PV-installaties moeten worden aangesloten op aparte eindgroepen, zodat de bescherming tegen overstroom onder alle omstandigheden effectief blijft (de zekering zijn werk kan doen). Het is dus niet toegestaan om een omvormer met zonnepanelen op een willekeurig stopcontact aan te sluiten. Voor de aansluiting van de zonnepanelen moet een stopcontact gebruikt worden dat op een eigen eindgroep (zekering) is aangesloten en er mag op dat stopcontact verder niets worden aangesloten. Deze bepaling is bedoeld om gevaarlijke situaties te voorkomen.
Wanneer bijvoorbeeld een wasmachine en een wasdroger samen met de zonnepanelen op dezelfde eindgroep worden aangesloten kan er zoveel stroom door de kabels naar de apparaten gaan lopen dat de kabel te heet worden en er brand kan ontstaan. Normaal gesproken zou bij overbelasting de zekering in de meterkast moeten aanspreken maar omdat een deel van de stroom nu rechtstreeks van de omvormer van de zonnepanelen naar de apparaten gaat en niet door de zekering zal de zekering, ondanks de overbelasting van een deel van de kabel niet aanspreken. Zeker bij oudere huizen is vaak niet precies bekend hoe de installatie in elkaar zit en wat voor kabels in de muren zitten, in dat geval is er een reëel risico op oververhitting van elektrische leidingen.
> LEES OOK: Branden op industriële platte daken met zonnepanelen: wat kunnen we ervan leren?
Onduidelijke handleidingen
Handleidingen die bij de sets worden geleverd zijn niet altijd even duidelijk als het gaat om de manier waarop de zonnepanelen op de omvormer moeten worden aangesloten. In sommige handleidingen en instructievideo’s zitten zelfs fouten. Verkeerd aansluiten kan, bijvoorbeeld wanneer stekkers niet goed op elkaar worden geklikt brand veroorzaken. In de gebruiksaanwijzing van verschillende sets wordt de mogelijkheid aangegeven om meerdere sets aan te sluiten of te werken met verlengsnoeren. Het toepassen van verlengsnoeren of aansluiten van meerdere sets op één kabelhaspel of stekkerdoos kan door overbelasting brand veroorzaken. Deze risico’s worden niet of onvoldoende benoemd.
Omdat de omvormer met een stekker wordt aangesloten stellen sommige leveranciers dat de set geen onderdeel is van de elektrische installatie en dat NEN 1010 niet van toepassing is. Rubriek 551.7 van NEN 1010 geeft aanvullende bepalingen voor installaties waarin de opwekeenheid parallel is aan het openbare net mag werken en is gewoon van toepassing. De stelling van enkele leveranciers is daarmee onjuist.
NEN 1010 biedt juiste oplossing
De norm NEN 1010 geeft al de juiste oplossing als het gaat om correct aansluiten van de stekerbare zonnepanelen. Gebruik hiervoor een aparte eindgroep, dit is de juiste manier. Het is van belang dat ook woningbezitters en huurders worden geïnformeerd. Vereniging Eigen huis zou dit kunnen doen, maar ook woningbouwverenigingen en de Woonbond doen er goed aan hun huurders te informeren.
Bron: NEN
Volg Security Management op LinkedIn