Beeldvorming en particuliere beveiliging De particuliere beveiliging anno 2011 is op veel fronten niet meer te vergelijken met de branche van tien tot vijftien jaar geleden. Er is de laatste jaren veel geïnvesteerd in kwaliteit, professionaliteit en betrouwbaarheid. Dit geldt echter niet voor de beeldvorming over de particuliere beveiliging. Deze lijkt op veel terreinen nog ver achter te lopen op de ontwikkelingen in de branche. En dat is jammer! De achterhaalde en vaak negatieve beeldvorming zorgt er namelijk voor dat de voordelen en meerwaarde van de particuliere beveiliging onderbelicht worden terwijl bezwaren en nadelen de boventoon voeren. Dit maakt een genuanceerde en veelzijdige dialoog over de rol van de particuliere beveiliging in de veiligheidszorg in Nederland buitengewoon lastig.
Er bestaan heel veel beelden over de particuliere beveiliging. Een van de meest hardnekkige is wel dat van de breedgeschouderde sportschooltypes met losse handjes. In het panelgesprek over beeldvorming van de VPB tijdens de SSA-beurs (17 maart jl.) kwam naar voren dat de berichtgeving over de particuliere beveiliging zeer negatief is. Hierdoor is er in de media, de politiek en de publieke opinie weinig aandacht voor de meerwaarde en voordelen van de particuliere beveiliging.
Een recent voorbeeld is de discussie rond een voorstel van Harm Brouwer, de hoogste baas van het OM. Hij stelde voor om – onder strikte voorwaarden – een winkelbeveiliger aan te kunnen stellen als onbezoldigd ambtenaar. Deze zou dan de bevoegdheid krijgen om een proces-verbaal op te stellen, een bekeuring op te leggen en eventueel te beschikken over geweldsmiddelen. De landelijke media, Tweede Kamerleden, diverse internetfora en zélfs dit vakblad benadrukten vervolgens de belangrijkste redenen om géén extra bevoegdheden voor beveiligers te willen. Daarbij werd als voornaamste argument het geweldsmonopolie van de staat genoemd en overheerste vooral de bezorgdheid over de mogelijke risico's.
De negatieve beeldvorming over de particuliere beveiliging is blijkbaar zo sterk dat men moeite heeft om nuchter en genuanceerd te kijken naar de eventuele voordelen van dit voorstel. Het gaat namelijk niet alleen maar over handboeien of een wapenstok. Het gaat vooral over 325 miljoen euro schade als gevolg van winkelcriminaliteit en de ruim 31.000 diefstalaangiften die de politie hierdoor moet verwerken. Of de vijf uur die de politie gemiddeld per winkeldiefstal bezig is en de circa 12,3 miljoen euro dat dit de politie kost (schatting op basis van cijfers uit het Nationaal Onderzoek Winkelcriminaliteit 2010). En niet te vergeten, de frustratie bij winkeliers dat de politie niet over de capaciteit beschikt om al hun meldingen adequaat of snel op te pakken.
De beveiliging in Nederland heeft de afgelopen tien jaar fors geïnvesteerd in het verhogen van de professionaliteit en de kwaliteit van de dienstverlening. Er is een beroepsopleiding (mbo2) gekomen voor elke beveiliger. Er is een verplichte screening van zowel beveiligers als leidinggevenden én al het personeel van beveiligingsbedrijven. Een screening die diepgaander is dan de Verklaring Omtrent het Gedrag en die bovendien elke drie jaar moet worden herhaald. Ook zijn er gedragscodes opgesteld, is er een beroepscommissie die zich bezighoudt met klachten over beveiligingsbedrijven en zijn er veel keurmerken ontwikkeld.
Echter, deze ontwikkelingen en de bijdrage van de ruim 31.000 beveiligingsprofessionals aan de veiligheid in Nederland zijn nog onvoldoende bekend bij het grote publiek. Het achterhaalde en negatieve beeld over de particuliere beveiliging is nog te vaak aanwezig. Daarom gaat de VPB de komende jaren extra investeren in het imago van en de positieve beeldvorming over de particuliere beveiliging. Het doel? Om een nuchtere en genuanceerde dialoog te kunnen voeren over de rol van de particuliere beveiliging in de veiligheidszorg in Nederland.
Carlo Cahn, algemeen secretaris VPB