De politiek kan wel klagen over de cyberaanval, zij moet ook naar zichzelf kijken, aldus directeur Raymond Dijkxhoorn van provider Prolocation. “De politiek is verantwoordelijk voor de wetten. Maar zij doen zelf niets.”
Waar heeft Dijksxhoorn het precies over? Na een cyberaanval gaf de provider informatie aan politici hoe deze aanvallen worden uitgevoerd. “We deden vaker aangifte van cyberaanvallen. We zeiden ‘je moet daar naar toe en met die mensen praten’. We gaven alle informatie op een presenteerblaadje”, reageert de directeur. “Maar niemand doet daar iets mee.”
Maatregelen
Voor hem is niet de vraag hoe aanvallen worden tegengehouden, maar hoe de politiek ze aanpakt. Dijkxhoorn: “Je kunt dit niet met techniek oplossen. Het helpt niet al je de aanvaller bij wijze van spreken een schouderklopje van zijn vader geeft. Oplossen kan alleen als je maatregelen opstelt.”
Cyberaanval
De directeur reageert op de cyberaanval van afgelopen dinsdag. Toen werden de servers van provider Prolocation aangevallen en lagen urenlang websites van de overheid, GeenStijl en Telfort plat. “Zoiets hadden we nooit eerder gezien”, aldus de directeur.
09.45 uur
De aanval begon in de ochtend rond 09.45 uur. Na etenstijd in de avond waren de websites voor het publiek weer beschikbaar. Maar de aanvallers gingen door. Dijkxhoorn: “Rond 21.00 uur en middernacht kregen we andere aanvallen. Die sloegen we af. Daarna kwamen geen nieuwe aanvallen meer.”
Geen namen
Wie de aanvallers zijn en welke motieven zij hebben, is nog niet bekend. In totaal deed Prolocation zes of zeven keer aangifte. De enige keer dan iemand daadwerkelijk is gevonden, bleek dit een zestienjarige puber te zijn. “De cyberwereld ziet er anders uit dan je verwacht”, vertelt de directeur. “Zelfs veel computerkennis is tegenwoordig niet meer nodig. Voor een tientje per halfuur kun je een DDoS-server huren voor een cyberaanval.”