Straatrovers, inbrekers en zakkenrollers dreigen vrijuit te gaan indien in hun strafzaak gebruik wordt gemaakt van beelden van bewakingscamera's. Dergelijk beeldmateriaal mag niet zomaar door justitie worden opgeëist als bewijslast, omdat het ‘gevoelige informatie' kan bevatten over iemands ras. Dat meldt de parlementaire redactie van de Telegraaf.
Volgens de VVD is dat het gevolg van een uitspraak van de Hoge Raad. Die oordeelde eind vorige maand naar aanleiding van een straatroof in de Rotterdamse metro, dat de officier van justitie niet zomaar de ov-chipgegevens had mogen vorderen van mensen die op dat moment op het betreffende metrostation waren. Bij die gegevens zaten ook pasfoto's van reizigers, zodat de dader via het signalement van het slachtoffer kon worden opgespoord. De Hoge Raad vonniste dat dergelijke persoonsgegevens alleen nog maar mogen worden opgeëist, indien er sprake is van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis mogelijk is en er een ernstige inbreuk is op de rechtsorde.
VVD-Kamerlid Teeven is het hiermee oneens. ‘Het zou grote gevolgen kunnen hebben voor tal van zaken indien bij diefstal, inbraken, oplichting, zakkenrollerij en insluiping het niet meer mogelijk is om beelden van een bewakingscamera te gebruiken voor een opsporingsonderzoek, of voor het bewijs.' Teeven wil daarom de wet zo snel mogelijk aanpassen. ‘Ik hoor nu al dat er bij andere strafzaken ook bezwaar wordt gemaakt tegen beelden als bewijslast door de uitspraak van de Hoge Raad.'