Bij een elektronicabedrijf worden voor opleidingsdoelen heimelijk cameraopnames gemaakt van de werknemers. Het College Bescherming Persoonsgegevens tikt het bedrijf op de vingers.
Het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) krijgt signalen over het gebruik van (heimelijke) cameraobservaties door Media Markt. Mystery shoppers zouden werknemers observeren en tegelijk opnames maken. De werknemers worden daarna in groepsverband met de beelden geconfronteerd. Ook zouden werknemers door leidinggevenden zijn aangesproken op hun functioneren met beelden van beveiligingscamera's.
Het CBP onderzoekt de signalen. Media Markt erkent dat er inderdaad opnamen zijn gemaakt. Maar volgens het bedrijf is daarmee de privacy van de werknemers nauwelijks in het geding gekomen. De opnamen zijn gemaakt in de werksituatie met het oog op training van de werknemers; er waren geen rechtspositionele consequenties aan verbonden en de opnamen werden na de training vernietigd. Het gebruik van de beveiligingscamera's was een incident en zal niet meer voorkomen.
Geen grondslag
Volgens het CBP biedt artikel 8a t/m e Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) geen grondslag voor heimelijke opnamen voor trainingsdoeleinden. Daarom moet worden bezien of Media Markt een gerechtvaardigd belang heeft bij de opnamen als bedoeld in artikel 8f. Het CBP acht dit niet het geval. Mogelijk is het bedrijf gebaat bij het optimaliseren van de opleiding van de medewerkers. Maar dat kan ook op een andere manier die minder ingrijpt in de privacy van de medewerkers.
Volgens Media Markt leiden dergelijke cameraopnamen tot vergroting van het bewustzijn van medewerkers en zijn andere trainingsmethoden minder effectief. Het CBP vindt dit niet overtuigend en meent dat een vergelijkbaar leereffect ook bereikt kan worden zonder geheime camera's. Verder is van belang dat personeel ook in een werksituatie een zekere privacy-verwachting mag hebben. Het belang van de werkgever prevaleert niet automatisch boven de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de werknemer. Beelden van beveiligingscamera's mogen ook niet worden gebruikt voor de beoordeling van het functioneren van werknemers, stelt het CBP (artikel 9 Wbp).
Aantekening
Heimelijk cameratoezicht op de werkvloer is niet toegestaan, behalve als de werkgever daarvoor een gerechtvaardigd belang heeft. Dat wil zeggen, dat het doel van het cameratoezicht zwaarder weegt dan het belang van de privacy van de werknemer. Bijvoorbeeld als er een vermoeden is van diefstal of verduistering. Zo'n inzet moet vooraf worden besproken met de ondernemingsraad.
CBP, 21 november 2013, JAR 2014, 38
Mr. ing. R.O.B. Poort is jurist en veiligheidskundige (www.bureaupoort.nl)