Overheden hebben te weinig aandacht voor de veiligheidsrisico’s in de (nacht)horeca en tijdens evenementen. Er is onvoldoende zicht op de kwaliteit van beveiligers en op de samenwerking met politie en andere overheidsdiensten. Bovendien wordt beveiliging vaak als een ‘sluitpost’ beschouwd. Dit zeggen Ard van der Steur (voorzitter van de Nederlandse Veiligheidsbranche) en Taco Van Luyten (voorzitter van de sectie Evenementen- en Horecabeveiliging). Vorige maand presenteerden zij hun ‘Visie op evenementen- en horecabeveiliging’. Waarom nu?
tekst Roel Smit
Het was januari 2020 en we wisten nog vrijwel niets van corona en van de gevolgen die het virus zou hebben. Wat we wél wisten: Nederland had voor dat jaar een ongekend aantal evenementen op het programma staan: de Formule 1 in Zandvoort, het Eurovisie Songfestival in Rotterdam, de Invictus Games in Den Haag en Sail Amsterdam. En dat waren nog maar een paar van de meer dan duizend evenementen en festivals die gepland waren of zouden worden.
> LEES OOK: Beveiligingsbedrijven bezorgd over veiligheid op evenementen
Kwaliteit van de beveiliging
Ard van der Steur, voorzitter van de Nederlandse Veiligheidsbranche, besloot een harde waarschuwing te laten horen: het waren te veel festivals in korte tijd en er was onvoldoende afstemming tussen organisatoren, overheden en beveiligingsorganisaties over wat kán en wat níet kan. “Wij voorzien toenemende risico’s voor de beveiliging van deze evenementen en zijn bezorgd of betrokkenen bij deze evenementen voldoende zicht hebben op de kwaliteit van de beveiliging en de samenwerking met politie en andere overheden. Daarenboven wordt beveiliging vaak als sluitpost gezien, terwijl de veiligheid van bezoekers prioriteit behoort te hebben.”
Twee maanden later brak de coronacrisis uit en werden alle evenementen afgelast. De rest is geschiedenis.
Toekomstvisie
Vorige maand publiceerde de Nederlandse Veiligheidsbranche haar visie op de toekomst van de evenementen- en horecabeveiliging. De aanleiding is duidelijk: de evenementen kunnen voorzichtig weer gestart worden, horecabeveiliging is ook deels weer nodig. Bezoekers hebben er zin in. En de branchevereniging wil de pret niet bederven, maar herhaalt het waarschuwende geluid.
“Het is fantastisch dat er in Nederland zoveel evenementen worden georganiseerd en dat er in veel gemeenten een rijk uitgaansleven is, maar de veiligheidsrisico’s mogen nooit ondergeschikt zijn aan het plezier dat we mensen gunnen”, aldus Ard van der Steur.
En dat laatste lijkt nog steeds aan de hand. De behoefte aan evenementen – en zeker op hetzelfde moment en in dezelfde regio’s – is groter dan de beveiligingsbedrijven aankunnen. Dat heeft te maken met een tekort aan capaciteit (wat als gevolg van de uitstroom tijdens de coronacrisis alleen maar groter is geworden), een probleem waarmee overigens ook de politie zegt te kampen. Bovendien worden beveiligingsbedrijven sinds enige tijd geconfronteerd met toenemende kosten voor de externe inhuur van tijdelijk personeel. Dat heeft te maken met de krappe marktomstandigheden en is ook een gevolg van nieuwe wetgeving, zoals de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB).
Veiligheid leent zich er niet voor om de randen van de capaciteit op te zoeken
De rek is eruit
“De rek is eruit”, zegt Taco Van Luyten, voorzitter van de sectie Evenementen- en Horecabeveiliging van de Nederlandse Veiligheidsbranche. “Veiligheid leent zich er niet voor om de randen van de capaciteit op te zoeken. Als we niets doen komen organisatoren van evenementen en horeca-ondernemers voor de onaangename keuze te staan: geen beveiligers óf een beveiligingsorganisatie die te veel hooi op de vork neemt.”
Slimmer worden
Meer capaciteit is dringend gewenst. En zolang die er niet is, moeten we slimmer zijn. Dat betekent een betere programmering van evenementen, waarbij serieus rekening wordt gehouden met veiligheid. Maar ook: een slimmere inzet van de beschikbare mankracht. In de branchevisie wordt hier nader op ingegaan. “Er moet ruimte zijn om betere oplossingen voor te stellen, bijvoorbeeld technologische innovaties waarmee dezelfde of betere beveiligingsoplossingen met minder mensen gerealiseerd kunnen worden”, zo luidt het.
Van Luyten: “Daarbij ontbreekt het bijvoorbeeld aan duidelijkheid over wat een beveiliger moet doen en wat ook door een niet-beveiliger kan worden gedaan. Er zijn taken die altijd bij een beveiliger thuishoren, zoals het bieden van weerstand tegen opzettelijke verstoringen, maar er zijn ook taken die, afhankelijk van het evenement, bij evenementen-stewards ondergebracht kunnen worden.”
Beperkingen bij inlenen van personeel
Een ander aspect is, volgens Van Luyten, dat vergunningsverleners (meestal gemeenten) soms beperkingen opleggen aan het aantal beveiligingsbedrijven dat op een groot evenement mag worden ingezet, maar voor een echt grootschalig evenement heb je al vijf tot vijftien verschillende bedrijven nodig. Problemen die beveiligingsbedrijven daarbij hebben is dat het inlenen van personeel bij andere bedrijven te veel bureaucratie (en tijdverlies) oplevert, en dat het vaak niet mogelijk is medewerkers van verschillende bedrijven hetzelfde (voor het publiek goed herkenbare) uniform te laten dragen.
Beveiligingsbedrijven moeten vaak met oproepkrachten werken. Dat is niet zonder risico’s, zegt Van Luyten. “Bij wijzigingen in de personeelsplanning, die onvermijdelijk zijn bij het werken met oproepkrachten, zijn bedrijven linksom of rechtsom te beboeten: niet inspelen op uitval betekent een tekort aan beveiligers, wel inspelen kan beboet worden omdat de invaller niet op tijd is aangemeld.”
> LEES OOK: Aantal zzp’ers in beveiliging fors gegroeid
Beroep op overheden
Ard van der Steur doet een beroep op overheden, horeca-ondernemers en evenementenorganisatoren om snel in gesprek te gaan. “Zo kunnen we voorkomen dat partijen de randen van wat mogelijk is gaan opzoeken, en gaan werken met beveiligingsorganisaties die bijvoorbeeld niet beschikken over het Keurmerk Beveiliging of een ander onafhankelijk gecertificeerd keurmerk. Dan zijn de zaken formeel geregeld, maar is er niemand die de veiligheid van bezoekers echt kan garanderen. Op korte termijn betekent dit een betere afstemming van evenementen zodat veiligheid daadwerkelijk een hoge prioriteit heeft. En wat niet kan, dat kan niet. Zo hard moeten we willen zijn.”
> LEES OOK: Ard van der Steur: Najaar in de beveiliging: van corona, steun en samenwerking
Wet- en regelgeving
In de branchevisie pleit de Nederlandse Veiligheidsbranche er ook voor de wet- en regelgeving rondom veiligheid beter te laten aansluiten bij de praktijk.
“In de praktijk kan niemand ermee uit de voeten”, zegt Van Luyten. “Er moeten voor beveiligingsbedrijven dringend meer mogelijkheden komen om soepel samen te werken, onder andere om personeel in en uit te lenen. Het moet toch simpel zo geregeld kunnen worden dat een beveiliger met zijn beveiligingspas van de uitlenende organisatie kan werken in het uniform van de inlenende organisatie? Het doel van de wet is toch het publiek duidelijkheid te verschaffen over wie verantwoordelijk is voor het beveiligen van evenementen en horeca?”
> LEES OOK: Nederlandse Veiligheidsbranche: betere wetgeving kan personeelstekort in beveiliging oplossen
De Nederlandse Veiligheidsbranche zegt het onbegrijpelijk te vinden dat iedereen er al vele jaren van overtuigd is dat de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr) zwaar verouderd is, maar dat vernieuwing van de belangrijkste onderdelen van deze wet toch maar nauwelijks op gang komt. “Ook wat dit betreft is echt een snelle, ambitieuze aanpak geboden”, zegt Van der Steur.
Volg Security Management op LinkedIn