Limburgse boeren mogen drones met camera’s inzetten om te controleren of er illegaal wiet wordt verbouwd in hun maïsvelden. Minister Sander Dekker voor Rechtsbescherming ziet “geen onnodige beperkingen voor de inzet daarvan”, schrijft hij aan de Tweede Kamer. Aantasting van de privacy is niet echt een probleem in dit geval, aldus de bewindsman.
Dekker vindt dat de controle van maisvelden met behulp van drones op aanwezigheid van wietplantages in een andere context moet worden gezien.
>> Lees ook Dull, dirty en dangerous? Drones!
Voorwaarden waar normaal gesproken aan voldaan moet worden
Burgers of bedrijven mogen normaal gesproken alleen drones voor cameratoezicht inzetten als dat echt nodig is. Dat kan het geval zijn als op een bepaald terrein regelmatig diefstal plaatsvindt of zaken worden vernield. Een andere voorwaarde is dat minder ingrijpende maatregelen als het plaatsen van hekken of verlichting of extra surveillance onvoldoende helpt. Ook moet zal de verantwoordelijke duidelijk aangeven dat hij met behulp van drones cameratoezicht uitvoert. Is dat niet kenbaar gemaakt, dan is hij strafbaar in verband met regelgeving rondom privacy.
>> Lees ook Cameratoezicht op de werkplek
Camerabeelden van wegen en paden vermijden
Volgens Dekker is de kans dat de inzet van drones bij het opsporing van wietplantages tot het verwerken van persoonsgegevens leidt, vrijwel nihil. Van belang is wel dat de drones zo worden ingezet dat zij zo min mogelijk beelden van wegen en paden maken. Dit om de kans dat ook beelden van mensen worden gemaakt zo klein mogelijk te maken.
Drones gaan 500 percelen controleren
In het verleden zochten politiehelikopters naar drugs in maïsvelden, maar dat is gestopt. Limburgse boeren besloten daarom met drones met camera’s de velden te gaan afspeuren. Volgens de Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) moeten vijfhonderd percelen worden gecontroleerd.
>> Lees ook Cameratoezicht als fysieke beveiligingsmaatregel